Interview met de interviewers

Interview met de interviewers

De Lonkende Leestafel ♥ Karen Bertrams en Alek Dabrowski. 

De Lonkende Leestafel is de community die lonely cowboys uit bibliotheken samenbrengt met ondernemende initiatieven om mensen en media al lezend te verbinden. In deze blogreeks gaan we in gesprek met avontuurlijke types.

De basis voor een goed interview: overlappende interesses die een écht gesprek mogelijk maken. Geen betere setting om dit te bereiken dan een zonnig terras aan de rand van de Leidse Binnenstad. Om ons heen zitten stamgasten, die nauwelijks pottenkijkers bij zich in de buurt dulden. Maar barman Jimmy (met een enorme collectie hippe riemen) brengt met veel plezier Jupilers en bitterballen.

Dabrowski interviewt Bertrams

‘Madre de HipHop’

Collega Melissa Prins noemt haar ‘Madre de Hiphop’. “Jongeren spelen, vooral via muziek, met taal. Laat de bieb meer streetwise zijn en urban culture ruim baan geven op haar podia. Diversiteit is geen luxe maar noodzaak, informele en amusante educatie én meer gekte passen daarbij! Met HipHopInJeBieb, een taskforce van een paar geweldig ondernemende bibliotheken zijn we goed op weg.”

Zo heb ik Karen leren kennen: eigengereid, de dingen net iets anders doen dan een ander. En daaruit iets nieuws creëren. Haar interesse in het exotische en in de bibliotheek zaten er al vroeg in; “Bibliotheekje spelen, kinderen voorlezen in de wasserette, corresponderen op knisperend luchtpostpapier via de missiezusters met kinderen uit Afrika . Ik was er eindeloos nieuwsgierig naar.”

Het podium schuwt zij niet. “Mijn vader was toen wij jong waren vertegenwoordiger in badkleding, Tweka. Op mijn zevende jaar liep ik badmodeshows in Hotel Royal in Arnhem, rode loper, livemuziek uit een Hammond orgel. De seizoenen die zich toonden in de afwisseling van de stalen met prints en patronen, een genot! Ik heb er een levenslange liefde voor stoffen aan overgehouden.”

Zij zat weliswaar op een kakschool en kreeg Nederlands van Baronesse Bentinck van Schoonheten Zoetmulder (‘prachtige, sterke vrouw met dito verhalen’) maar Karen was meer een alto. “Op foto’s van het Baarnsch Lyceum zie je me in oversized truien met gaten, op boerenklompen, mijn kleren waste ik met een druppeltje patchoeli. Omgekeerd traject atheneum-havo (7 jaar), ik spijbelde veel en liftte met een vriendin dan naar het Waterlooplein in Amsterdam waar we veel stouts uithaalden. Maar ik was ook een verbinder tussen de alto’s en de kakkers. Als clubsenior mocht ik geweldige schoolfeesten organiseren.”

De biebliefde won het van de fascinatie voor exotisme, “mijn leven zelf is nu een cultureel antropologische reis”, en via de Tiele Academie in Den Haag specialiseerde ze zich in jeugd op de Frederik Muller academie in Amsterdam. Ze genoot van de brede ontwikkeling, “80 vakken hadden we!”.  Een belangrijke leermeester was literatuurcriticus Kees Fens. Een uitspraak van hem die Karen nog helder voor de geest staat is: “U is het nooit met mij eens.”

Een bevrijdende uitspraak, die aansluit bij hoe ze de dingen ziet. “Ik word kriegelig van de truttigheid die troef is, safety first, ik hou juist van het experiment.” In deze tijd ontstond haar interesse in (underground)strips en subculturen met een korte anarcho-feministische fling als stagiair bij het Internationaal Archief voor de Vrouwenbeweging.

Ondertussen zien wij vanaf het terras een naakte man uit het raam springen. “O, nee toch niet. Hij heeft zich bedacht.” De grens tussen werkelijkheid en verbeelding is een interessant gebied!

Het anarchisme van Karen heeft zijn grenzen. Vragend naar elkaars ‘guilty pleasures’ komen we uit op allerlei ‘kicks voor niks’ en alledaagse afwijkingen. Het is moeilijk iets te vinden waar we ons schuldig over voelen. “Het genoegen om vanuit de ‘afwasmasjien’ het schone bestek ultrasnel te sorteren, ja. Niet iets waar je graag voor uit komt.”

Karen interviewt Alek

"Ik stem overal mee in"

“Hoe ik zou willen sterven? Door leeuwen verscheurd worden! Ik houd in beperkte mate van geweld. We onderdrukken onze mede zoogdieren dusdanig, daar mag wel wat tegenover staan.”

Als zuster in de strijd kijk ik hier niet van op: Alek en ik zijn bloedverwanten in het gevecht tegen vaak zelfopgelegde beperkingen die leesgenot in de weg kunnen staan. Sinds twee jaar ontwerpen we rond de Lonkende Leestafel avontuurlijke manieren om te genieten van lezen in de brede zin van het woord.

Waarom Alek zoveel op heeft met dieren – hij heeft twee honden in hartje Rotterdam – is te verklaren uit het feit dat hij zichzelf ook een dier vindt. "Mijn moeder vertelde dat ik als kind een worm uit de aarde haalde, die onder de kraan afspoelde en weer terug stopte.”

De liefde voor zijn stad Rotterdam voel je in zijn artikelen en blogs. Alek verzorgt programma’s voor Radio Rijnmond en verspreidt zijn eruditie via zijn blog Uitgelezen Boeken. “Ik word wel een beetje misselijk van al die positieve verhalen over Rotterdam. Het wordt mij de laatste tijd te gezellig.”

Zijn bibliotheekliefde stamt uit de naar chloor ruikende bieb in Charlois, die genoegen moest nemen met een plek in de kelder van een schoolcomplex, naast het zwembad. Zwemmen en lezen zijn voor altijd met elkaar verbonden. "De bibliotheek wil toegankelijk en makkelijk zijn, maar je mag ook best een onneembare vesting zijn. Waarom moet alles begrijpelijk zijn?"

Alek houdt ontegenzeggelijk van vrouwelijk gezelschap. Noem een jonge schrijfster en hij kent haar persoonlijk of zal haar binnenkort interviewen. “Ik houd van doelloos analyseren, vrouwen zijn veel intelligenter, mannen hebben meer kennis en zijn vaak doelgericht. Ik ben niet echt een standaard man, houd niet van auto’s of voetbal. Wel van schaken! Ik heb een fascinatie om mensen uit te pluizen. Bij overleggen bijvoorbeeld let ik erop hoe mensen zich bewegen, wat ze uitstralen, dat is vaak interessanter dan wat er zoal gezegd wordt.”

Ik heb een hekel aan het woord Oostblok. De meeste mensen hebben geen idee waar ze het over hebben. Mijn vader, geboren in 1930 en begin jarenvijftig gevlucht uit Polen, droeg de trauma’s van die tijd met zich mee: onderdrukking, dubbele moraal, oorlog. Mijn opa vocht bij Stalingrad, mijn Litouwse oma stierf aan de gevolgen van overmatig alcoholgebruik. Ik heb nog een foto van haar die genomen werd in Vilnius.

Mijn vader was voorlichter van de gemeente Rotterdam, gestoken in spijkerpak en frequent bezoeker van café Timmer. Hij gaf mij het boek Een mis voor de stad Atrecht van Andrzej Szczypiorski, een parabel over de collectieve waan binnen een gesloten gemeenschap. Een citaat: “Geen ergere tirannie dan de eensgezindheid.” Ik heb het pas na zijn dood gelezen en er dus nooit met hem over gesproken.

Ik ben vrij laat gaan studeren, filosofie en geschiedenis. Op de Middelbare school is mij het lezen tijdelijk grondig afgeleerd. Zonder de school af te ronden ging ik naar de sociale academie; daar bestonden geeneens cijfers. Bij jongerencentrum de Chillup – mijn stageplek - heb ik veel geleerd, niet alleen over jongerenprogrammering.

Hoe het met de Nederlandse literatuur staat? “Er is een generatie talentvolle - vooral vrouwelijke - auteurs actief, waar ik nog veel meer van verwacht, zoals: Marieke Lucas Rijneveld, Naomi Rebekka Boekwijt, Kira Wuck en Radna Fabias. Desondanks staan we behoorlijk laag op de ladder van de wereldliteratuur. Wat ik mensen gun om gelezen te hebben? Tsjechov, Peréc, Hrabal, Elsschot (de grootste in ons taalgebied) en de journalist Kapuściński, meester in de mix tussen literatuur en journalistiek."

De Lonkende Leestafel bestelt nog twee Jupiler en de uitbaatster van het café komt desgevraagd vertellen dat het bier gebrouwen wordt in Jupile-sur-Meuse, in een brouwerij aan beide zijden van de spoorlijn Maastricht-Luik. Dat drinkt nog lekkerder.

Barman Jimmy van de Water

Reacties (0)

Reageren

Meer blogposts van Karen Bertrams